Deel 5

Deel 5

Dinsdag 19 september 1944 deel 5  

Even voordat wij bij het vliegtuig waren, werden wij aangehouden door een landbouwer, die ons waarschuwde en zei het oranje af te doen want er stonden een paar Moffen nabij het vliegtuig dat daar lag te branden. lk zei tegen mijn collega: "lk zal even de Amerikanen gaan waarschuwen” Deze waren op Beugt om de inzittenden van het vliegtuig te zoeken. lk zat nauwelijks op de fiets of er floot een kogel langs mijn oren.lk voelde hem rakelings langs gaan, doch gelukkig mis. lk plat op de fiets en de vaart erin en gauw de bocht om, die daar gelukkig was. Er kwam geen tweede kogel meer. Na de Amerikanen gewaarschuwd te hebben reed ik naar huis. Nog steeds ontplofte munitie uit het brandende vliegtuig. Thuis vertelden ze dat er verschillende mensen waren, die naar het vliegtuig kwamen kijken en met de handen omhoog moesten gaan staan. Ook hadden de Moffen op de eruit springende piloten geschoten, waardoor er een zwaar gewond was. Even later zouden wij weer naar Veghel gaan en eerst even naar het vliegtuig gaan kijken. Wij gingen langs een omweg, zodat wil er vlakbij konden komen. Wij naderden langzaam daar het nog steeds brandde en nog geregeld munitie ontplofte. We waren er goed en wel bij of met een geweldige slag vloog een kogel vlak langs ons in een doornhaag. Wij er vandoor; wij hadden het er niet meer op. In Veghel maakte men zich zorgen over een eventuele doorbraak van de Duitsers vanuit Dinther. H. v.d. Ven trok zijn overall aan en ging gewapend met enkele touwen naar de Laverdonk om z.g. beesten te halen. De Laverdonk was toen nog helemaal zandweg en erg begroeid met houtgewas. Bij Toon v.d. Cammen kwam hij op een smalle weg veel Duitsers tegen, die hem zonder iets te zeggen lieten passeren. Maar aan het einde van de groep liep een SS commandant, die zijn revolver trok en riep: Handen omhoog". H. v.d. Ven liet zijn touwvallen en deed zijn handen omhoog. De commandant vroeg om een "Ausweis" en of hij wapens had. Nadat hij gefouilleerd was, kon v.d. Ven zijn weg hervatten. Bij het huis van Toon v.d. Cammen waren een drietal Duitsers bezig om levensmiddelen uit het huis te dragen. Van de familie v.d. Cammen was niemand thuis. Nog wat verder gelopen zag hij Piet v.d. Wielen achter zijn huis staan en vroeg of hij kon helpen met inlichtingen. De Amerikanen trekken door Veghel en vormen een corridor naar Nijmegen. "Wat" zei Piet, "De Duitsers hier zeggen dat, dat lawaai door Duitse troepen veroorzaakt wordt, die achter de Amerikanen aanzitten". H. v.d. Ven zei: "Piet geloof mij nu maar. Dit is ons bevrijdingsleger. Maar omdat de vijand te kort bij de corridor zit, zijn ze bang voor een doorbraak vanuit de Laverdonk. Daarom kom ik voor inlichtingen". Piet vertelde dat er achthonderd manschappen waren en dat er vermoedelijk tegen de avond nog aanvulling zou komen. Op de terugweg waren veel Duitsers aan het graven en stellingen aan het maken. V.d. Ven maakte een tekening van deze opstelling en bezorgde deze in Veghel. Tegen de avond kwamen ongeveer honderd Amerikanen in het dorp, waarbij zich een van de verzetsmensen aansloot omdat hij goed Engels sprak. In de voornacht trok deze goedbewapende groep richting Balledonk om zo achter de Duitse stellingen te komen. In de morgen om 11:15 uur werd de eenheid Weller versterkt met drie stukken geschut, munitie en benzine en om 14:30 uur kwam van Major Jungwirth een compagnie onder leiding van Leutnant Treuner, die gewapend was met machine geweren, karabijnen en pistolen het bataljon van Heller verder versterken. Fahnenjunker Getreiter Erkebercht schoot om 17:00 uur een tweemotorig transportvliegtuig uit een eskader neer. De vijf inzittenden sprongen per parachute eruit en kwamen op Beugt neer. De positie van het gevechtscommando Weller werd opnieuw ingenomen, maar de voorste linie werd wegens vijandelijk vuur van opzij vierhonderd meter teruggetrokken. In de nacht werd het halve bataljon van Hauptmann Ewald door troepen van Major Jungwirth vervangen.